Ik ben op 6 -jarige leeftijd begonnen met drummen. Op mijn eerste drumstel ben ik klanken gaan maken en probeerde zelf ritmes te verzinnen. Ik heb het geluk gehad dat ik op die leeftijd thuis al veel muziek te horen kreeg welke mijn vader (Koos Serierse, jazzbassist) toen beluisterde. Omdat zijn smaak breed was, kwamen alle stijlen langs.
Toen ik begon met drummen, had ik nog geen docent. Ik heb zelf geprobeerd alles uit te vinden door veel naar platen te luisteren en proberen erachter te komen wat de drummers die ik hoorde deden. Dit zorgde ervoor dat ik op mijn manier met deze platen kon meespelen. Voor mij stond de swing, feel, timing en sound van deze drummers centraal. Ook probeerde ik om met relatief eenvoudige middelen een hele goede feel en swing neer te zetten. Dit deed ik met enkel één cymbal en één stok. Na mijn middelbare school, ben ik naar het conservatorium gegaan. Hier lag de nadruk op techniek en bigband. Ook leerde ik hoe ik het best uit boeken kon werken.
Het horen van veel verschillende stijlen die ik van jongs af aan meekreeg door de platen van mijn vader, hebben bijgedragen aan mijn veelzijdigheid als drummer. Mijn lessen richten dan ook zich voornamelijk op hoe je zo goed mogelijk kan functioneren in diverse bands en in uiteenlopende stijlen.
